Statenvertaling
Toen zeide David tot God: Ik heb zeer gezondigd, dat ik deze zaak gedaan heb; maar neem toch nu de misdaad Uws knechts weg, want ik heb zeer zottelijk gehandeld.
Herziene Statenvertaling*
Toen zei David tegen God: Ik heb zwaar gezondigd, omdat ik deze zaak gedaan heb. Maar nu, neem de ongerechtigheid van Uw dienaar toch weg, want ik heb heel dwaas gehandeld.
Nederlands Bijbelgenootschap 1951**
Toen zeide David tot God: Ik heb zwaar gezondigd, doordat ik dit gedaan heb; nu dan, doe toch de ongerechtigheid van uw knecht weg, want ik heb zeer dwaas gehandeld.
King James Version + Strongnumbers
And David H1732 said H559 unto H413 God, H430 I have sinned H2398 greatly, H3966 because H834 I have done H6213 ( H853 ) this H2088 thing: H1697 but now, H6258 I beseech thee, H4994 do away H5674 ( H853 ) the iniquity H5771 of thy servant; H5650 for H3588 I have done very foolishly. H5528 - H3966
Updated King James Version
And David said unto God, I have sinned greatly, because I have done this thing: but now, I plead to you, do away the iniquity of your servant; for I have done very foolishly.
Gerelateerde verzen
1 Johannes 1:9 | Psalmen 32:5 | Lukas 15:18 - Lukas 15:19 | 2 Samuël 24:10 | 1 Samuël 26:21 | 2 Samuël 12:13 | Psalmen 25:11 | 1 Samuël 13:13 | 2 Kronieken 10:9 | 2 Samuël 13:13 | Johannes 1:29 | Hoséa 14:2 | Psalmen 51:1 - Psalmen 51:3 | Jeremía 3:13 | Genesis 34:7